Implementatie EU richtlijn introduceert nieuw wettelijk regime voor bescherming vanaf 2018
Met de aanstaande implementatie van de ‘richtlijn bedrijfsgeheimen’ (RL. EU 2016/943) zal er ultimo juni 2018 specifieke regelgeving tot stand komen op grond waarvan verkrijging, gebruik en openbaarmaking van niet openbaar gemaakte bedrijfsgeheimen kan worden bestreden. Ook wordt het o.a. mogelijk om op te treden tegen producten die tot stand zijn gekomen door onrechtmatig gebruik van bedrijfsgeheimen. De nieuwe wetgeving kan meer duidelijkheid gaan geven over de beschermingsomvang van bedrijfsgeheimen in de gehele EU en geeft mogelijk ook meer middelen om op te treden tegen inbreuk. Maar er moet wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan.
Hoe en waar de richtlijn in Nederlandse wetgeving uiteindelijk wordt geïmplementeerd is nog niet duidelijk maar de voorwaarden om in aanmerking te komen voor bescherming van bedrijfsgeheimen worden met de richtlijn al wel geformuleerd. Met de richtlijn wordt tevens een homogene definitie voor het begrip 'bedrijfsgeheim' geintroduceerd. Ook worden in de richtlijn al omstandigheden genoemd die een inbreuk op bedrijfsgeheimen kunnen kwalificeren. Het doel van de richtlijn is onder meer om open innovatie en grensoverschrijdende samenwerking te bevorderen.
Het is goed om nu al vast te stellen waar u aan zult moeten voldoen om in aanmerking te komen voor bescherming.
Helemaal nieuw is de bescherming van bedrijfsgeheimen niet. Er is nu al rechtspraak op grond waarvan een inbreuk op bedrijfsgeheimen in bepaalde omstandigheden kan worden aangenomen. Een inbreuk op bedrijfsgeheimen was bijvoorbeeld in 1919 al aan de orde toen een medewerker van een concurrent werd omgekocht om commerciële informatie te verstrekken[1]. Meer recente voorbeelden: er was sprake van inbreuk toen opgedane kennis uit onderhandelingen over aankoop van een octrooiaanvraag werd misbruikt[2], toen er werd geprofiteerd van kennis die een groepsvennootschap in strijd met gemaakte geheimhoudingsafspraken had gedeeld[3] en toen technische tekeningen door oud medewerkers werden gebruikt voor een nieuwe onderneming[4][5].
Het blijkt inmiddels dat het schenden van geheimhoudingsafspraken (o.a. opgenomen in arbeidsovereenkomsten) of andere genomen beschermingsmaatregelen relevant zijn om een beroep te kunnen doen op bescherming[6]. Met de implementatie van de richtlijn lijkt dat laatste zelfs een concrete voorwaarde te gaan worden voor bescherming.
Met de implementatie van de richtlijn bedrijfsgeheimen ontstaat er regelgeving naast het reeds bestaande regime voor de zogenaamde Intellectuele Eigendomsrechten (o.a. merken, modellen, auteursrecht, octrooien en databanken). Het is nog niet duidelijk of een bedrijfsgeheim vanaf juni 2018 ook daadwerkelijk als (intellectueel) eigendomsrecht moet worden gekwalificeerd.Die kwalificatie is o.a. van belang voor de manier van handhaven en vermogensrechtelijke status van het beschermde bedrijfsgeheim.
Voorwaarden voor bescherming
Niet alle informatie die u in uw onderneming als ‘geheim’ beschouwt, valt automatisch ook onder het nieuwe beschermingsregime. Daarvoor moet u wel (in ieder geval na de implementatie van de richtlijn) aan voorwaarden voldoen.
Volgens de richtlijn is een bedrijfsgeheim informatie die (artikel 2 lid 1):
Het kan hier bijvoorbeeld gaan om commerciële, technische of financiële informatie. De benodigde redelijke maatregelen (het derde criterium) kunnen bijvoorbeeld zien op het intern benoemen van bedrijfsgeheimen, het geven van instructie aan medewerkers, het maken geheimhoudingsafspraken en het inrichten van fysieke beperking tot de toegang tot gegevens[7].
Degene die een beroep wil doen op bescherming van bedrijfsgeheimen, zal moeten kunnen aantonen dat aan de bovenstaande criteria is voldaan. Daarbij geeft de richtlijn wel aan dat er door de lidstaten voor moet worden gezorgd dat vertrouwelijkheid van bedrijfsgeheimen in een rechterlijke procedure wordt gewaarborgd[8].
Inbreuk
Als er vast kan worden gesteld dat er sprake is van beschermde bedrijfsgeheimen, dan moet vervolgens worden vastgesteld of een andere partij inbreuk maakt op deze bescherming. De richtlijn noemt daarbij een aantal omstandigheden die kunnen kwalificeren als inbreuk.
Als er sprake is van een inbreuk dan kan de houder van het bedrijfsgeheim bijvoorbeeld een verbodsvordering, schadevergoeding of vernietiging van documenten en zaken vorderen (naast een eventuele vordering op basis van schending van een geheimhoudingsbepaling). Momenteel is het daarbij nog onduidelijk of er ter bescherming van bedrijfsgeheimen een beroep kan worden gedaan op de specifieke handhavingsmiddelen die een houder van een intellectueel eigendomsrecht heeft[9]. Een voorbeeld van die handhavingsmiddelen is de mogelijkheid van redelijke en eenredige proceskostenveroordeling (in tegenstelling tot het gebruikelijke forfaitaire tarief). De toekomst zal uitwijzen of de houder van een bedrijfsgeheim ook een beroep kan doen op deze bijzondere handhavingsinstrumenten voor intellectuele eigendomsrechten.
Slot
De implementatie van de richtlijn bedrijfsgeheimen in de Nederlandse wetgeving is nog niet duidelijk en de verhouding van de bescherming van bedrijfsgeheimen tot de reeds bestaande bescherming van intellectuele eigendomsrechten en handhavingsmiddelen is ook nog onbekend. Wel worden er al concrete voorwaarden voor beschermbare bedrijfsgeheimen en inbreuk op beschermbare bedrijfsgeheimen geïntroduceerd met de richtlijn.
De informatie die u in uw bedrijf als bedrijfsgeheim beschouwt (en die daardoor marktwaarde heeft) dient u bij voorkeur nadrukkelijk als bedrijfsgeheim te kwalificeren en ter bescherming daarvan is het aan te raden om ook geheimhoudingsafspraken te maken met de mensen die met deze informatie werken. Andere methoden van bescherming (zoals beveiligde opslag of het loggen van toegang) kunnen er toe bijdragen dat u straks een beroep kunt doen op de nieuwe regelgeving waardoor u mogelijk ook stevigere handhavingsinstrumenten in kunt zetten tegen inbreuk makende partijen.
Mocht er geen sprake zijn van beschermbare bedrijfsgeheimen, dan kunt u mogelijk nog –afhankelijk van de omstandigheden- een beroep doen op andere beschermingsregimes (via onrechtmatige daad, intellectuele eigendomsrechten) of een schending van een gesloten overeenkomst. Wel zal de komst van concrete wetgeving op het gebied van bedrijfsgeheimen er mogelijk voor kunnen zorgen dat een rechter terughoudend zal toetsen zodra er niet aan de criteria voor bescherming van bedrijfsgeheimen is voldaan en er ook geen sprake is van schending van een geheimhoudinsovereenkomst.
Wilt u meer weten over beschemring van bedirjfsgeheimen of bent u op zoek naar een geheimhoudingsovereenkomst? Neem dan contact op via 076 52 33 450 of info@lawton.nl
Lawton, 2017
Aan de inhoud van dit bericht kunnen geen rechten worden ontleend. De inhoud van dit bericht geldt niet als juridisch advies. Voor het gebruik hiervan is Lawton niet verantwoordelijk.
[1] HR 31-01-1919, NJ 1919, 161 (Lindenbaum / Cohen)
[2] NJ 1988, 365 Pres Rb Vreda 11-4-1986 De Vries Robbé / Opstalan
[3] Pres Rb Den Haag 28-12-1990 IER 1991/6 Pipe Liners / Wavin
[4] Rb. ’s-Hertogenbosch 21-11-201 LJN BY 4122 JMK Heating
[5] Zie voor een toelichting op deze jurisprudentie W. Pors, BIE mei 2013 p126 ‘bescherming van bedrijfsgeheimen – de stand van zaken en de toekomst. ’
[6] O.a. vanwege de invulling van de open norm van de onrechtmatige daad met behulp van het TRIPS verdrag (artikel 39), die redelijke beschermingsmaatregelen als voorwaarde noemt.
[7] Zie Ondernemingsrecht 2017/48, P.J. van der Korst, Bedrijfsgeheimen: vanaf 2018 wettelijk geregeld.
[8] Een voorbeeld daarvan is de gefaseerde overlegging van bescheiden. Zie op cit. Van der Korst, Ondernemingsrecht 2017/48.
De huidige berichten zijn gefilterd op een categorie.
Klik hier om alle nieuwsberichten te bekijken.